Levi Haringsma, de vrolijkheid zelve, staat aan de vooravond van het naderende kampioenschap van Veensche Boys. Dat de laatste weken nog twee wedstrijden werden verloren, deed natuurlijk pijn, maar de winst tegen VRC is een opsteker, aldus de 24-jarige houten vloerenlegger. ,,We weten zelf dat we goed kunnen voetballen. Doordeweeks hadden we een oefenwedstrijd tegen Eemdijk. We hebben 9-1 gewonnen. Daarin lieten we eigenlijk al zien dat we echt konden voetballen en het niveau aan konden. We wisten dat het gewoon op deze wedstrijd tegen VRC aan zou komen. Als we het tegen VRC hadden verpest, dan hadden we onszelf goed in de spiegel kunnen aankijken.
Na de zeventigste minuut zag je onrust in het team na de rode kaart.
Haringsma: ,,Dat is ook niet gek. Zij roken bloed op dat moment. Maar we hebben als team hard gestreden. We hebben veel meters gemaakt en we hebben allemaal voor elkaar geknokt. Het is daardoor goed gekomen. Het is wel jammer dat we door die rode kaart een beetje in paniek kwamen en werd het voetballen onrustig.
Wat vond je van de ambiance?
Haringsma: Fantastisch. Dit is toch mooi? Als voetballer doe je het hiervoor. Donderdag begon het al een beetje met het vuurwerk en dat de supporters bij de training kwamen kijken. Als voetballer doe je het daarvoor. Fantastisch.
Wat kreeg je te zien toen jullie terugkeerden naar de kleedkamers?
Haringsma: Danny en Tom Cozijnsen waren er. Die hadden alles aan elkaar geknoopt. Tassen aan elkaar. Schoenen aan elkaar. Alles door elkaar, met tie wraps.
Je geldt een beetje als de stofzuiger van het team. Is dat een term die recht doet aan jouw voetbalkwaliteiten?
Haringsma: Ik vind van wel. Dat is één van mijn kwaliteiten. Als je allemaal Messi’s in een team hebt wordt je geen kampioen. Je hebt verschillende spelers nodig en ik denk dat daar mijn kracht zit. In het harde werken, het aansporen van anderen en veel meters maken. Dat komt in dit team van pas.
Wat is jouw toekomst bij Veensche Boys?
Haringsma: Volgend seizoen sowieso blijven. Ik heb het hier super naar mijn zin. Het is fantastisch. Als je ziet hoeveel mensen er nu ook zijn.
Interview en foto Kees van den Heuvel / Aalt Guliker
