Erik Assink, trainer van Veensche Boys, is reëel in zijn oordeel over het met enige geluk gewonnen duel tussen Veensche Boys en VRC. ‘De 3-0 tussenstand was natuurlijk wel een beetje geflatteerd. Ik vond VRC beter voetballen. We zijn amper aan het voetballen geweest. We kwamen weliswaar op een 3-0 voorsprong, maar de tweede helft was het alleen maar tegenhouden. Eenrichtingsverkeer. Geen tien seconden balbezit. Heel gemakkelijk afgetroefd worden in de fysieke duels. Zij voetbalden gewoon beter. Geholpen door het halve ingrijpen van ons, resulteerde het ook nog in een 3-1. Met nog twintig minuten te gaan kon er nog iets gaan leven. VRC kreeg kansen genoeg. Vervolgens gaat Jordy gigantisch de fout in. Dan wordt het 3-2 en is er maar kort te spelen. We hadden vrijwel zeker een overwinning op zak, maar die gaven we weer bijna zomaar cadeau.
Kijkend naar twee jaar geleden. Toen was het openingsduel ook tegen VRC en toen had Veensche Boys eigenlijk moeten winnen, maar VRC ging er onterecht met de zege vandoor.
Erik Assink: Exact. Dat was wat ik de trainer van VRC ook vertelde. Hij zei dat VRC meer had verdiend. Ik zei: dat hadden wij twee jaar geleden. De doelpunten beslissen en daar is geen speld tussen te krijgen. Het werd 3-2, maar dat we hier goed wegkomen is duidelijk.
Veel pijntjes en blessures. Ze leken ook fysiek moe.
Erik Assink: Die indruk had ik ook. We hadden geen rust aan de bal. We hadden geen dwingend voetbal. Nico klaagde vanaf minuut 1 al over zware benen. Vervolgens kreeg Rody ook nog een ketser op zijn scheenbeen. Die was ook niet fit meer. Julian ging bijna knock out. Alwin kreeg een aardige ketser te verwerken. Mo met kramp op het veld. Het was een irritante partij. Dat lag niet zo zeer aan de tegenstander, ook niet de scheidsrechter, maar de wedstrijd was gewoon niet leuk. Het was droevig om te zien. Het leek wel of iedereen met een zandzak op zijn rug liep. Ze waren niet vooruit te branden en we werden eigenlijk op alle fronten overlopen en we grossierden ook nog eens een keertje in medewerking aan een overwicht voor VRC.
Interview en foto’s Kees van den Heuvel