
Jeroen Peters, trainer van Veensche Boys, reageerde als een oefenmeester met een gouden pik na de overwinning op BFC. Zo trots was hij. ,,Dat heb ik ze in de kleedkamer ook verteld. Ik heb ze een groot compliment gegeven. Volgens mij is dit de eerste wedstrijd dat we de nul houden. En ik was tevreden over de manier hoe we vanuit de organisatie speelden. De opdrachten vanuit de collectiviteit zijn prima uitgevoerd. Af en toe zag je ook na de 2-0 dat er meer rust maar ook verdomd mooie aanvallen tussen zaten.
Dat kwam ook omdat BFC meer één op één ging spelen om alsnog een overwinning te behalen.
Jeroen Peters: Klopt. Het vond het wel te lang duren voordat de derde goal viel. Ik blijf kritisch. Zo zit voetbal ook in elkaar. Maar toch nog complimenten voor de ploeg. Een goede partij.
De trainer van BFC had gewacht dat Veensche Boys meer verdedigender en op de counter zou spelen, maar een aanvallend Veensche Boys hadden ze niet verwacht.
Jeroen Peters: Toen in de drieluik tegen de Top 3 waren we ook op zoek naar punten, maar dan op een andere manier. En daardoor denken mensen altijd: dat zal wel hetgeen zijn wat we willen. Nee, dat is helemaal niet zo. Ik bekijk het per wedstrijd.
Reactie Roy Versluis , trainer van BFC
Het had minimaal 3-3 moeten zijn in de eerste helft
Roy Versluis: Ik denk dat wij al na één minuut met 0-1 voor hadden moeten staan en toen was er nog een bal op de lat. Later kwam er nog een momentje met Samuel, een op een met de keeper. Er waren drie grote kansen waarvan we er minstens eentje hadden moeten maken. Ik weet niet of de eerste goal van Veensche Boys buitenspel was. Dat kan gebeuren. Er werd gezegd dat de speler van Veensche Boys achter de man vandaan kwam. Dat gaan we terug zien. Maar ik denk dat het voor een neutrale toeschouwer een hele leuke pot was. We hadden onszelf meer moeten belonen. Ik vond ons na rust ondermaats. We hebben het na de 2-0 laten lopen. Dat mag niet.
Gingen de schouders zakken?
Roy Versluis: Dat vond ik. Dat mag nooit gebeuren.
De keeper van BFC zat iedereen nog op te jutten om de laatste tien minuten het verschil te maken.
Roy Versluis: Je kunt het uitspreken, maar dan moet je het ook nog doen. Weet je, het lag niet aan de keeper. Sommige jongens dachten na de 2-0: dat gaat ‘m niet meer worden.
Het kan ook zo zijn dat te gemakkelijk werd gedacht over Veensche Boys na de gemakkelijke thuiszege in november.
Roy Versluis: Nee, nee, zeker niet. We hadden eigenlijk verwacht dat Veensche Boys iets meer verdedigender zou spelen. Maar ze speelden hartstikke aanvallend. Dat maakt ook dat het een hele leuke wedstrijd werd. In het eerste half uur heb ik ook genoten. Toen ging het gelijk op en hadden we voor moeten staan. Maar in de tweede helft was het terecht Veensche Boys en gaven wij niet thuis.