Vijftien goals uit drie thuiswedstrijden en al helemaal bijzonder: nul goals tegen. Trainer Erik Assink moet haast wel in een flow zitten. Hij kijkt tevens tevreden terug op de wedstrijd Veensche Boys – vv Maarssen (5-0), toch had er nog wel meer ingezeten aangezien veel kansen om zeep werden geholpen. ,,Er waren nogal wat momenten na de 2-0. Toen hebben we zeker drie prachtige kansen gehad. En bij 3-0 was de wedstrijd eigenlijk wel klaar.’’ Toch voelde uw verslaggever pas de ontspanning. Pas bij de 3-0 kon Veensche Boys op safe spelen en was er niets meer te duchten van vv Maarssen. Assink: ,,Dat weet ik niet. Ik denk niet dat de jongens dat zo beleefd hebben. Jordy heeft namelijk nauwelijks een bal op de goal gehad. Verdedigend hadden we de zaken goed onder controle. We hebben geen kans weggegeven. Het wachten was na de 2-0 op de volgende goal. We gingen ervan uit dat Maarssen na de rust iets probeerde te forceren, maar er kwam teveel ruimte doordat ze gingen doorschuiven, het veld werd groter en de conditie ging spelen. Zeker ook nog met de wind mee en Jordy met zijn goede trap die de bal zomaar 50 meter verder kan leggen.’’
Maar het zou toch zomaar kunnen gebeuren?
Erik Assink: 2-1 was niet eens aan de orde. Dan valt de 2-2 sowieso niet. Als je de jongens vraagt of de derde goal als een bevrijding aanvoelde, dan zullen ze hoogstens zeggen dat er wel heel wat moet gebeuren, wil dat nog gelijk komen. Ook al omdat je inmiddels een uur lang zit te voetballen en je geen eens een bal op de goal hebt gekregen. Er was één vrije trap en bij de tweede vrije trap ging de bal rechtstreeks in de handen van Jordy. Maar niet één keer moest Jordy optreden. Hij heeft geen bal gehad.
Van andere tegenstanders heb ik vernomen dat Maarssen helemaal geen slechte ploeg had.
Erik Assink: Nee, dat klopt. Als ik hun trainer mag geloven. Die was nog best wel enthousiast over zijn eigen ploeg. Hij zei: We hebben een leuke ploeg, we hebben routiniers en een stel jonge honden. Van Nieuw Utrecht verloren ze, maar daarvan hadden ze ook zomaar kunnen winnen. Ik dacht: Nou, dat is niet het beeld dat ik had van vorige week. Vorige week ben ik naar Veenendaal geweest om Maarssen te zien. Toen hadden ze een goede linksbuiten…
Net op dat moment komt de trainer van Maarssen langslopen die aangeeft dat hij te kampen heeft met veel spelers met blessures en hij krap aan een opstelling kon maken.
Dus je hebt veel pech met het materieel
Richard Beekink: ,,Er waren absenties. Een aantal spelers is geblesseerd geraakt vorige week. Ik moet eerlijk zeggen dat we moeilijk in de buurt kwamen van de goal van Veensche Boys. Daarvoor geef ik Veensche Boys complimenten. We konden er wel onderuit voetballen, maar het schortte in de eindpass. In de tweede helft ben ik vervolgens één op één gaan spelen en probeerden we er nog wat van te maken. Want of je nu met 3-0 verliest of 5-0, verliezen is verliezen. Je probeert zelf nog een goaltje te maken en hopelijk dat het team dan de geest krijgt. Dat gebeurde niet.
Er is altijd wel een favoriet in de competitie, maar dit seizoen kan het nog alle kanten op.
Richard Beekink: Ja. Ik moet eerlijk zeggen. We hebben tegen VRC gespeeld en toen hebben we verloren. Maar het was geflatteerd. Wij hadden ook kunnen winnen. En tegen Nieuw Utrecht deden we onszelf de das om. We misten een pingel en vervolgens sta je binnen een paar minuten met 2-0 achter. Dan is de wedstrijd ook gespeeld. Maar we gewoon door en zien wel waar we uitkomen.’’
Wat is het perspectief?
Richard Beekink: ,,Net als iedereen kampioen worden, toch? We hebben pas vijf wedstrijden gespeeld. We moeten er nog 21. Maar vandaag was mijn voorhoede er niet en we kennen veel blessures. Dat heeft ook te maken met fitheid enzo.’’
Interview en foto Kees van den Heuvel
