Er zat bijna een stunt in voor de sympathieke trainer Delano Verweij van AVW. AVW leek in de eerste helft te zijn verzekerd van een nederlaag in het duel tegen Veensche Boys, maar kwam na rust overtuigend terug. Uiteindelijk won Veensche Boys met 2-3. Terwijl hij naar zijn auto liep, omdat zijn zoontje tien jaar was geworden, konden we hem bevragen: ‘We maakten het nog heel spannend. Eigenlijk slaan we onszelf voor de kop dat we zo beginnen, zoals we zijn begonnen.’
Wat heb je in de rust gezegd waardoor iedereen plotseling beter ging voetballen bij AVW.
Delano Verweij: ‘In de rust heb ik ze even gewezen op de afspraken die we nadrukkelijk hadden gemaakt voor de wedstrijd. Die afspraken werden in de eerste helft totaal niet nagekomen. Dat had te maken met weer even wennen en competitiewedstrijd spelen. Ook speelde de angst mee voor de koploper dat dat een goed voetballende ploeg is. In de tweede helft heb ik er een paar individueel uitgepikt in de groep. Jij, jij en jij: wat ben je aan het doen? Wat ga je brengen in de tweede helft? Want anders kan je net zo goed in de kleedkamer blijven.’ Die personen die ik heb aangesproken, hebben een belangrijke taak vervuld in de tweede helft.
Het leek er bijna op dat jullie gelijk gingen spelen of zelfs met de zege aan de haal konden gaan.
Delano Verweij: ‘Ik hoopte het. Ja. Ik vond ook dat we dat op basis van de tweede helft een beetje hadden verdiend. We bezetten de onderste plek en we verdienen eigenlijk wel een puntje.’
Je gaat naar de Arnhemse Boys.
Delano Verweij: Het is een grote club en zit op drie minuten van mijn huis af. Mijn kleine jongens spelen daar en ik train er ook de jeugd. Ze hadden me al een paar keer gevraagd om er heen te gaan
Interview Kees van den Heuvel
