Twee verschillende voetbalhelften waren te zien bij Veensche Boys – Unicum. Pas in de tweede helft kwam Veensche Boys aan voetballen toe en legde haar wil op aan de tegenstander uit Lelystad. Trainer Erik de Jongh van Unicum zag tot zijn grote ergernis een parallel met de wedstrijd in de Flevopolder. ‘Het was een zelfde spelbeeld als bij ons thuis. Wij waren de voetballende ploeg en we hadden een veldoverwicht. Dat hadden we in goals moeten uitdrukken. De 1-0 van Veensche Boys hebben we gewoon weggegeven, omdat afspraken niet werden nagekomen.
Was het buitenspel?
Erik de Jongh: Mij gaat het er niet eens om of het buitenspel was. Mij gaat het erom dat je je afspraken moet nakomen. We gaven zomaar het momentum weg in de wedstrijd. Dan moet je er opeens twee maken.
Veensche Boys won aan zelfvertrouwen door de goal.
Erik de Jongh: Dat is vaak het momentum, he. Dat zag je ook bij Real tegen Manchester City. Lange tijd is er geen geloof en dan valt opeens de goal wel. Dat is bij ons ook gebeurd.
Unicum had in de eerste helft kunnen profiteren van het zwakke spel van Veensche Boys.
Erik de Jongh: Daar hadden we van kunnen profiteren, maar dat hebben we helaas niet gedaan.
Wat is het perspectief voor Unicum in het verloop van de competitie?
Erik de Jongh: We zullen de resterende wedstrijden moeten winnen. Er zit zeker nog iets in het vat, op het moment dat we een periodetitel kunnen overnemen. Daar gaan we vol voor.
