Trainer Erik Assink trof met RKHVV een tegenstander van kaliber aan. Dat er ook nog van werd gewonnen, ondanks het ontbreken van een aantal jongens, onderstreept alleen maar dat Veensche Boys groeide is. ‘We wisten dat de tegenstander van een bepaald kaliber was. Je wint niet zomaar met 8-0 van een tegenstander zoals zij vorige week deden. Ik ken RKHVV van een aantal jaren geleden toen zij nog hoofdklasse waren. Ik las in de namenlijst voetballers die een verleden hebben bij BVO Vitesse. Alles bij elkaar opgeteld heb je te maken met een serieuze tegenstander.’
Dat maakt de prestatie van Veensche Boys alleen maar knapper
Erik Assink: Ik denk dat deze tegenstander voetballend wel bovenliggend was. Ze hadden meer balbezit dan wij, maar de betere kansen waren voor ons. Buiten de penalty die ze krijgen, die geen penalty was, hebben ze één grote kans gehad, een mooie voorzet vanaf rechts en die schiet-ie over. Maar als je kijkt naar de kansen van Tom en Jiri, dan hadden we ook zomaar de wedstrijd in het slot kunnen gooien met 2-0. We hadden al moeite met de opstelling, zonder Yannick, Klaas en Niek. Rody had wat last van de hamstring en Kilian viel uit. We moesten al schipperen. Dit is nu net een wedstrijd die we over de streep hebben getrokken door verdedigend goed te staan en door absoluut niet willen verliezen met een aantal spelers die daar verdedigend bovenuit sprong. Een keeper die de penalty pakt, Alwin die meer dan goed zijn plaatsje schoonveegde, Bas en Tom stonden soeverein te verdedigen. Lucas liet dingen zien die ik graag vaker bij hem wil zien. Rody, Nico en Jiri liepen gaatjes dicht. Ik ben niet zo van de complimenten, maar ik ben nu tevreden.
De rode kaart was een rode kaart?
Erik Assink: Die vond ik ook belachelijk maar de scheidsrechter had wel meer beslissingen waarbij ik mijn vraagtekens zette.
Heeft deze wedstrijd aangetoond dat het team het ook op conditioneel vlak het tot het einde kan volhouden?
Erik Assink: Dat denk ik wel. Dat is een mentale kwestie. Ik denk dat het zelden voorkomt dat een ploeg die door mij wordt getraind conditioneel niet okay is. Maar dan nog, de bal wordt nooit moe. Als de tegenstander de bal heeft, moet jij erachteraan lopen en dan wordt je eerder moe dan dat je de bal in de ploeg hebt. Wij moesten meer achter de bal aanlopen dan zij, hebben verzuimd om op belangrijke momenten een nauwkeuriger bal in de diepte te spelen, want anders waren we vaker gevaarlijker voor hun goal geworden. Dat was een minpunt van ons en was niet okay. Maar er zijn zoveel dingen in de plus en dat is met name de verdedigende organisatie en het willen knokken en over de streep willen halen van de overwinning.
Interview en foto Kees van den Heuvel
