CDW was natuurlijk van een ander kaliber als Argon, toch voelde de dikke overwinning op de tweedeklasser uit Wijk bij Duurstede als een bevrijding. Erik Assink: ‘Ik zag ook een ander Veensche Boys. Maar je moet niet teveel waarde hechten aan CDW en Argon. We zijn net begonnen. Een heleboel zaken moeten weer op elkaar worden afgestemd. Ieder moet zijn eigen zaken op orde krijgen.’
Ik zag fanatisme en de wil om naar voren te spelen
Erik Assink: ‘Maar dat heeft met het kaliber tegenstander te maken, denk ik. Deze ploeg was duidelijk minder dan Argon. Dus we kwamen sowieso makkelijker aan voetballen toe. We maakten twee hele snelle goals en dan sta je ook sterker in het veld, dan wanneer je 0-2 staat. We maken 6-1 uiteindelijk, met drie goals in de slotfase. Tussendoor hebben we verdedigend geen enkel probleem gekend, want Jordy hoefde amper handelend op te treden, maar we hebben verzuimd om minimaal tien goals te maken. De 6-1 uitslag was veel te laag. Dat is niet de verhouding van de wedstrijd geweest. Soms kun je de keeper van de tegenstander daarvoor de credits geven voor een aantal mooie reddingen, maar gezien de vele kansen is er nog werk aan de winkel. Dat staat kaarsrecht overeind en daar moeten we de eerstkomende weken aan werken. En misschien moeten we het hele jaar daar wel aan werken, maar er zit veel meer lol in als je zo het veld afgaat, dan wanneer je met 4-0 een pak op je donder hebt gehad.
Was Veensche Boys ook niet een beetje toe aan een goed resultaat?
Erik Assink: Ja, daar waren ze aan toe. Maar ook de manier waarmee een hoge score wordt afgedwongen, in plaats dat de wedstrijd door kabbelt naar 3-1, dan kom je meer voldaan de kantine in. In twee van die laatste drie goals wordt de bal veroverd op hun helft. Dan kunnen twee mannen alleen naar de keeper, balletje breed en balletje inschuiven.
Tom zet veel mooie ballen voor, maar de eindpass is veelal minder.
Erik Assink: Wat ik belangrijk vind, is dat Tom toekomt aan het geven van een voorzet, die a) kwaliteit heeft en b) dat de posities voor de goal bezet moeten zijn. Er moet er eentje voor de eerste paal opduiken, er moet er eentje bij de tweede paal zijn, er moet er eentje bij de penaltystip staan. Die drie posities moeten bezet zijn. Die tweede goal van ons was een standaard trainingsvorm van ons. Dat komt elke donderdag terug.
Even kijken naar het nieuwe seizoen. Wat zijn jouw verwachtingen?
Erik Assink: Ik heb de verwachting uitgesproken dat wij mee kunnen gaan doen, zonder dat we enige kennis van zaken hebben van onze tegenstanders. Hoe staan die ervoor? We zijn een jaar uit de running geweest. Tim Muller is bij ons gestopt. Zo kan het ook bij andere teams zijn, dat sommige jongens zijn gestopt.
Ik hoor alleen maar verhalen van enorme versterkingen bij de andere clubs.
Erik Assink: ‘Wij zijn 1 basisspeler kwijtgeraakt en er zijn twee bij gekomen, Yannick en Klaas. Je bent er per saldo eentje sterker op geworden. Ik hoop dat jongens als een Jiri van Kasteel en Patrick van der Kuijl het ook gaan oppakken en serieus genomen willen worden om mee te gaan doen bij de eerste vijftien/zestien.
Mag ik zeggen dat de polderploegen de gevaarlijkste outsiders zijn?
Daar zit een uitdaging in: Batavia en Dronten hebben zich aardig geroerd op de transfermarkt. En Dronten was in de eerste competitiewedstrijd vorig jaar ook al een pittige kluif. Dat zal heus niet 1, 2, 3 veranderen. Het gaat erom wat we zelf eruit halen. Vorig jaar stonden we na drie wedstrijd op vier punten. Normaal gesproken moet 50 procent van de duels een winstpartij voor Veensche Boys opleveren.
Interview en foto’s Kees van den Heuvel
